Foto: Shutterstock/ilolab
Vorig jaar is het wetsvoorstel voor crypto onder de naam Markets in Crypto Assets (MiCA) aangekondigd. Het is de bedoeling dat de wet ergens in 2024 officieel van kracht gaat, en de Nederlandse beleidsmaker Autoriteit in Financiële markten (AFM) is niet van plan water bij de wijn te doen.
-
Overheid en regulatie
AFM vergelijkt crypto met tulpenmanie
Dat schrijft AFM-voorzitter Laura van Geest in een blogartikel op de site van de beleidsmaker. Zij beschrijft hoe financiële innovatie keer op keer leidt tot creatieve manieren om dit uit te buiten. Ten tijde van de VOC gingen handelaren leningen aan op de waarde van hun VOC-aandelen. En door de Tulpenmanie verloren veel (rijke) Nederlanders veel geld.
“Nieuwe bedrijvigheid is welkom – je wilt niet elke bloem in de knop breken,” schrijft van Geest. Dit geldt wat haar betreft dus ook voor crypto. De jonge markt is weliswaar erg risicovol, maar het biedt ook nieuwe mogelijkheden. De taak van regelgevers is om te laveren, vindt zij. Wetgeving zou bovendien averechts kunnen werken door een soort schijnzekerheid te creëren, daarom is een middenweg belangrijk.
Die middenweg moet volgens de bestuursvoorzitter ook wel, want in Nederland kun je zaken zoals crypto niet zomaar verbieden zoals dat in bijvoorbeeld China en Saoedi-Arabië is gelukt. Nederland is namelijk een open maatschappij.
AFM blijft sceptisch en afstandig
Toch bewaart de AFM afstand tot cryptocurrencies, benadrukt de topvrouw:
In de mandaatloze periode hebben we als AFM steeds gekozen voor ontmoediging. We vonden en vinden crypto’s geen goed nieuws. Ze zijn lastig te doorgronden, kwetsbaar voor misleiding, oplichting en manipulatie. De waarde is vooral gebaseerd op speculatie en in de regel ontbreekt een onderliggende waarde. Koersen kunnen daardoor flink fluctueren, klein nieuws kan tot grote koersveranderingen leiden. En dan zwijgen we nog maar over de enorme [klimaat]footprint van bitcoin.
Het instituut maakt zich duidelijk zorgen, en is niet bereid om de teugels te laten vieren zodra de nieuwe wetgeving ingaat. Die wetgeving heet tegen die tijd Markets in Crypto Assets Regulation (MiCAR). Volgens het AFM is het zorgelijk dat het niet onmogelijk kan worden gemaakt om crypto volledig te verbieden voor bepaalde partijen, en dat crypto exchanges geen transactierapporten hoeven uit te geven. Ook valt het uitlenen van coins nog niet onder MiCAR.
Verder benadrukt ze dat de blootstelling relatief gezien nog meevalt. Weliswaar heeft een kleine 2 miljoen Nederlanders (zo’n 12% van de bevolking dus) cryptovaluta, maar de meerderheid speculeert volgens de AFM met minder dan 1000 euro. Ook investeert bijna niemand met geleend geld, en de link tussen de crypto-sector en de rest van de financiële wereld is nog beperkt.
