Foto: Makoto_Honda/Shutterstock
De befaamde hackersgroep en activisme groep Anynomous heeft op het social media platform Youtube bekend gemaakt dat zij zich gaan mengen in de wereld van cryptocurrencies. Dit komt als reactie op recente ontwikkelingen waar Anonymous het oneens mee is.
Anon Inu (ANON)
De token van het hackerscollectief zal gaan onder de naam Anon Inu (ANON). Deze token zal gebaseerd zijn op de Binance Smart Chain (BSC).
De token zou een Decentralized Finance (DeFi) token moeten zijn die als doel heeft om geld in te zamelen voor dierenasielen. Daarnaast zullen handmatige token burns plaatsvinden en kunnen investeerders en holders van Anon Inu een beloning van 5% van de transactiekosten tegemoet zien.
“ANON Inu’s doel is om holders tevreden te houden doordat het een DeFi token is met drie functies: handmatige burns, het toevoegen aan liquiditeit en het verdelen hiervan onder holders.”
Het totale aanbod van de Anon Inu token is een astronomische 1 quadriljoen. Het lijkt er dan ook op dat de prijs van Anon Inu veel nullen achter de komma zal blijven houden.
Het gevecht tegen Elon Musk en China
Het zal niemand ontgaan dat de naam Anon Inu verdacht veel lijkt op die van meme-coin Shiba Inu (SHIB), dat op zijn beurt weer een kloon was van Dogecoin (DOGE). Het is om deze reden ook dat veel mensen twijfels trekken bij de intenties van Anonymous.
In de Youtube video waar de token in wordt aangekondigd stelt Anonymous echter dat de token een wapen kan zijn in de strijd tegen China en Elon Musk. Hoe de token dit precies kan gaan bewerkstelligen is nog onbekend.
“Wij geloven dat crypto pas net is begonnen. Daarom hebben wij de Anon Inu token gelanceerd, een nieuwe DeFi gemeenschap met ingebouwde gereedschappen. In aanvulling op het aanvechten van Elon Musk in de “meme oorlog”, zal de token ook de strijd aan gaan met China in de crypto oorlog”.
Grootse plannen van Anonymous dus. De tijd zal uitwijzen of de token daadwerkelijk doet wat het belooft, of dat het een ordinaire cash grab is van de controversiële groep.
